Hij liet de wereld vele gezichten zien, maar welke was echt?
Albert Speer heeft in de loop der jaren verschillende titels gekregen - ‘de goede nazi’, ‘Hitlers architect’, ‘toekomstige Rijkskanselier’ en zelfs ‘de enige boetvaardige gedaagde in Neurenberg’. Het lijdt geen twijfel dat Albert Speer vele gezichten heeft: hij was een man die tijdens de oorlog een veel grotere macht had dan enig ander behalve Hitler, en algemeen werd aangenomen dat hij Hitler opvolgde; zijn enorme organisatievermogen bracht de Duitse productie tot een hoogtepunt in een tijd waarin de middelen op een dieptepunt stonden; en iedereen, inclusief hijzelf, verwachtte dat hij net als de andere nazi-leiders de doodstraf zou krijgen, en in plaats daarvan met slechts twintig jaar aan de strop zou ontsnappen.
In het licht van zijn uitgebreide betrokkenheid bij de nazi-partij, zowel als Hitler's architect als als minister van bewapening, en zijn bijdragen aan de illegale oorlog die door het regime wordt gevoerd, rijst natuurlijk de vraag: heeft Speer voldoende straf gekregen? Weerspiegelde het vonnis de perceptie dat Speer op de een of andere manier ‘minder schuldig’ was dan de andere beklaagden, of bedacht hij zijn verdediging op een manier die zijn straf verminderde? De gebeurtenissen voorafgaand aan het proces van Neurenberg, en het proces zelf, bieden aanwijzingen om deze vragen te beantwoorden: wat kunnen we uit het beschikbare bewijs leren over de persoonlijkheid van Speer, en waarom doet het ertoe?