April 1940. De zussen Janna en Lenie Vos hebben een kindertehuis waar ze onderdak bieden aan longpatiëntjes die vanwege hun gezondheid in de rijke boslucht van Driebergen moeten herstellen. Alles lijkt vredig, maar op de achtergrond komt de dreiging van de oorlog steeds dichterbij. De situatie blijkt onveilig te zijn voor de kinderen en daarom worden ze door hun ouders weer naar huis gehaald. De zussen besluiten om hun huis en hart open te stellen voor Joodse kinderen. Maar is dat niet te riskant? Mogen ze vertrouwen op de wetenschap dat ze hiertoe door God geroepen zijn? Na Ondergaande zon schreef Hanneke Stark-ten Voorde opnieuw een indringende oorlogsroman die aanzet tot nadenken over het maken van keuzes en de gevolgen daarvan.