Samen met Denis Diderot was D'Alembert samensteller van de Encyclopédie ou dictionnaire raisonné des sciences, des arts et des métiers. Voor de in totaal 28 delen die tussen1751 en 1772 verschenen, schreef hij een inleiding, waarin hij de opbouw van de Encyclopédie bespreekt. De menselijke kennis, schrijft hij, is als een labyrint, waar we een weg in moeten zoeken. En de filosoof is degene die ons bij de hand kan nemen, want hij heeft het overzicht, in de vorm van een encyclopedie. Maar hij houdt ook een pleidooi voor een opvatting over de bron van onze kennis, dan in die tijd gebruikelijk: niet aangeboren ideeën maar zintuiglijke waarnemingen. En dat is een nog altijd moderne fundament van onze individualiteit. Wij beseffen soms maar half hoezeer wij de nazaten van de achttiende-eeuwse 'encyclopedisten' zijn.