Afhankelijkheid is het laatste deel van de memoirereeks de Kopenhagen-trilogie van Tove Ditlevsen. Het wordt gezien als haar meesterwerk: een duister en duizelingwekkend portret van een verslaving – en de weg daaruit.
‘Zou ik hem de waarheid vertellen? Vertellen dat ik verliefd was geworden op een doorzichtige vloeistof in een spuit en niet op de man die de spuit vasthield?’
Tove is pas net twintig en nu al een gevierd schrijver. Ze is inmiddels getrouwd met een veel oudere redacteur en lijkt het allemaal prima voor elkaar te hebben. Maar van binnen is ze ten einde raad. Het voorspelbare leven benauwt haar en ze noemt haar passieloze huwelijk ‘een vergissing’. Wat volgt is een periode vol affaires, echtscheidingen, gewenste en ongewenste zwangerschappen en Tove begint aan een gevecht dat heel haar leven zal voortduren: de strijd met afhankelijkheid, in al haar vormen.
Tove Ditlevsen (1917-1976) werd jarenlang gezien als een schrijver die niet in de literaire kringen van haar tijd paste; ze was een huisvrouw uit de arbeidersklasse met vier gestrande huwelijken en een sluimerende drugsverslaving, waar ze ook nog eens openhartig over schreef.
Hoe anders is dat nu: een nieuwe generatie van veelal jonge lezers herontdekt wereldwijd het oeuvre van Tove Ditlevsen. Ze wordt nu gezien als een van de grote literaire sterren van Denemarken. Haar rauwe en springlevende proza krijgt eindelijk de waardering die het verdient. De Kopenhagen-trilogie is nu voor het eerst in het Nederlands vertaald.